Pyrus calleryana ‘chanticleer’, de leisierpeer. Deze soort is de eerste op het jaar dat blad begint te krijgen en zijn blad het laatst verliest waardoor er een lange periode privacy is. In het voorjaar krijgt sierpeer een bloesem. De herfstverkleuring van deze leiboom begint laat maar is heel mooi van kleur eerst geel/oranje dan rood. Er komen geen eetbare vruchten op deze boom enkel kleine siervruchtjes van 1cm groot.
Grootte | 120×120, 120×160, 120×180, 160×120, 180×120 |
---|---|
Stamhoogte | 180, 200 |
Stamdikte | 8I10, 10I12, 12I14, 14I16, 16I18, 18I20, 20I25, 25I30, 30+ |
Voet | draadkluit, blote wortel, pot |
Prunus laurocerasus ”caucasica”, ook wel laurierkers genoemd is een middelgrote wintergroene leiboom met een breed opgaande, dicht vertakte kruin. Hij bloeit in april en mei met kleine witte, komvormige, geurende bloempjes en heeft grote, glanzende, ovale en langwerpige donkergroene bladeren. Hij prefereert een standplaats in de halfschaduw en doet het goed in vrijwel iedere grondsoort, is redelijk winterhard en produceert in de herfst niet eetbare vruchtjes. Prunus laurocerasus ”caucasica” is goed zeewind tolerant en kan ook wat luchtverontreiniging aan, is bruikbaar als formele haag en lokt vlinders en bijen.
Prunus laurocerasus ”caucasica”, ook wel laurierkers genoemd is een middelgrote wintergroene leiboom met een breed opgaande, dicht vertakte kruin. Hij bloeit in april en mei met kleine witte, komvormige, geurende bloempjes en heeft grote, glanzende, ovale en langwerpige donkergroene bladeren. Hij prefereert een standplaats in de halfschaduw en doet het goed in vrijwel iedere grondsoort, is redelijk winterhard en produceert in de herfst niet eetbare vruchtjes. Prunus laurocerasus ”caucasica” is goed zeewind tolerant en kan ook wat luchtverontreiniging aan, is bruikbaar als formele haag en lokt vlinders en bijen.
Fagus sylvatica (groene beuk) wordt soms vaak verwisseld met carpinus betulus (haagbeuk). De bladeren van deze leiboom hebben weinig verschil, enkel echte kenners zien het verschil. Het enigste verschil is dat fagus altijd een bladhoudende eigenschap heeft (verdorde, bruine blaadjes tijdens de wintermaanden) en bij carpinus heeft enkel de “lucas” selectie een bladhoudende eigenschap. Fagus word vaak gekozen als niet-wintergroen alternatief om ook tijdens de winter een vorm van privacy te hebben.
Fagus sylvatica (groene beuk) wordt soms vaak verwisseld met carpinus betulus (haagbeuk). De bladeren van deze leiboom hebben weinig verschil, enkel echte kenners zien het verschil. Het enigste verschil is dat fagus altijd een bladhoudende eigenschap heeft (verdorde, bruine blaadjes tijdens de wintermaanden) en bij carpinus heeft enkel de “lucas” selectie een bladhoudende eigenschap. Fagus word vaak gekozen als niet-wintergroen alternatief om ook tijdens de winter een vorm van privacy te hebben.
Leiphotinia en steeneik zijn de twee meest gekende wintergroene soorten. Photinia wordt gekozen als leibomen indien je graag veranderingen ziet aan uw bladhoudende leiboom. De nieuwe groei is rood, de oude groen en in mei komt er een mooie bloei aan deze soort waardoor het scherm bijna volledig wit kleurt. Photinia heeft een middelgroot blad en is verkrijgbaar in pot en met een draadkluit.
Leiphotinia en steeneik zijn de twee meest gekende wintergroene soorten. Photinia wordt gekozen als leibomen indien je graag veranderingen ziet aan uw bladhoudende leiboom. De nieuwe groei is rood, de oude groen en in mei komt er een mooie bloei aan deze soort waardoor het scherm bijna volledig wit kleurt. Photinia heeft een middelgroot blad en is verkrijgbaar in pot en met een draadkluit.